Bijgewerkt: 9 november 2024

Monument Antoon de Lange - 2007

Foto's -> Monumenten -> Monumenten WO-II

Monument Antoon de Lange
Amstelveenweb.com collectie - 2007

Monument ter nagedachtenis van Antoon de Lange
Op het monument staat geschreven Antoon. In literatuur schrijft men Anton. Op deze website wordt de naam Antoon aangehouden

Bron tekst: Tini Visser: Jaren van verduistering.
De gebeurtenissen op 7 mei 1945
Tegen de avond was er een bevrijdingsbijeenkomst voor het gemeentehuis in Ouderkerk. Dichtbij, in de openbare school, legerde de bs. Daar kwam een seintje binnen dat er vier SS'ers met geweren rondzwierven en fietsen vorderden. De commandant van de Ouderkerkse BS ging er met een aantal mannen op af. De SS'ers hadden zich verschanst op het erf van boer Timmer.

Toon de Lange Amstelveen
(Amstelveenweb.com collectie - 2007)

Toon de Lange


BS Amstelveen
(Amstelveenweb.com collectie - 2007)

Groepsfoto uit 1945, een deel van de Amstelveense Binnenlandse Strijdkrachten


'Geweren neer!' riep de commandant. Eén van de SS'ers gaf zich over, de anderen schoten en trokken zich terug in de polder. Henk Copier was in zijn been getroffen, drie andere BS'ers zetten op de fiets langs de Amstel de achtervolging in. Eén van hen was Toon de Lange, de bakkersknecht uit Nes.

Het was zes uur. Bij boerderij Schrama aan de Ronde Hoep tegenover de Nesserlaan zaten twee dochters en een zoon in het land onder de koe. Er drong enig gerucht tot hen door. En daar zagen ze door de sloot een praam komen aanglijden. De drie SS'ers lagen op de bodem en trokken zich voort langs de kant. Aan de voet van de Amsteldijk sprongen ze uit de praam, vlogen over de dijk, maakten de roeiboot van Schrama los en roeiden als bezetenen de Amstel over. Vlak daarna bereikte Toon de Lange de steiger en riep om een boot. Eén van de dochters Schrama rende naar een tweede boot die wat verder lag. 'Toon was zenuwachtig, hij móest gewoon die Duitsers achterna. Zelf wilde hij roeien, hij deed het jachtig.'

Piet de Winter Amstelveen
(Amstelveenweb.com collectie - 2007)

Piet de Winter de commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten


De twee andere BS'ers kwamen nog wat later aan; nog meer bootjes stoven over de rivier. De SS'ers grepen fietsen van voorbijgangers en stoven de Nesserlaan op. Ook de BS'ers schreeuwden om fietsen. Antoon de Lange was hen ver vooruit; hij kende de weg als geen ander elke dag had hij er met zijn bakkerskar fluitend en zingend overheen gereden. De SS'ers hadden waarschijnlijk het plan naar het verzamelpunt van de SS in Aalsmeer te gaan, maar konden niet genoeg snelheid maken op die fietsen met houten banden. Daarom verschansten ze zich achter het daggelderhuisje van Mien Driehuis, vlak bij de Bovenkerkerweg. Ook de drie BS-strijders gingen in stelling. Er ontstond een vuurgevecht, waarbij de SS'ers achter het huisje in het voordeel waren. Eén van hen mikte, schoot en trof Toon in het hoofd. Antoon de Lange was 24 jaar toen hij stierf op de Nesserlaan, op de dag van de algehele Duitse capitulatie in Reims en twee dagen nadat de vlaggen van de bevrijding waren uitgegaan. Na zijn dood ontstond er een gevaarlijke woede onder de BS'ers uit de streek; zij wilden wraak nemen op de SS'ers in het Aalsmeers verzamelpunt. Piet de Winter verbood dat, wat zijn groep betreft, uitermate beslist. Het zou een bloedbad geworden zijn. Eéén dode was al te veel.

Bij Koninklijk Besluit van 5 september 1944 werden de Binnenlandse Strijdkrachten opgericht, een bundeling van de drie belangrijkste gewapende verzetsorganisaties: OD Ordedienst), LKP (Landelijke Knokploegen)
en RVV (Raad van Verzet). Prins Bernhard (in Londen) werd benoemd tot 'bevelhebber' van dit ondergrondse leger.

SS: De SS is de afkorting voor Schutzstaffel. De oorspronkelijke naam was: “SaalSchutz” en was een beschermingsdienst voor de Duitse Naziepartij de NSDAP. De SS werd vanaf 1926 een hulporganisatie van het SA (SturmAbteilung). Vanaf 1934 tot 8 mei 1945 is een paramilitaire organisatie geworden en met de Waffen SS samen met de Wehrmacht veel ellende veroorzaakt in de Tweede Wereldoorlog.

Op het monument staat:
“HEER UW SOLDAAT
DIE SNEUVELDE IN ’T GEVECHT,
SMEEKT U: HELP HOLLAND!
IK KOM WEL TERECHT!

OP DEN 7E MEI 1945 VIEL VOOR ZIJN VADERLAND
ALS LID DER NED. BINN. STRIJDKR.
ANTOON DE LANGE
GEB. 9 NOV. 1920”
Anton de Lange en de fatale achtervolging op 7 mei
Bron: W.J. Groeneweg, Tekst verschenen in Amstel Mare, sep 2014, nr 3, p. 9-27


In 2015 vieren we 70 jaar bevrijding van geheel Nederland. Reden om weer eens terug te kijken naar wat zich in mei 1945 in Amstelveen afspeelde. Eén verhaal betreft de achtervolging op 7 mei 1945 van Nederlandse SS’ers door leden van de Binnenlandse Strijdkrachten, waarbij Anton de Lange om het leven kwam. Wie was Anton de Lange en wat was er op die 7de mei 1945 gebeurd? In 2005 schreef Peter van Schaik hierover een publicatie in Amstel Mare1. Inmiddels is er aanvullende informatie opgedoken die het verhaal completer maakt.

In Amstelveen staat langs de Nesserlaan sinds 6 oktober 1945 een monument ter nagedachtenis aan Anton de Lange die op maandag 7 mei van dat jaar op deze plek tijdens een vuurgevecht om het leven kwam. Heden betreft het een kalkstenen kruis met daarop een Christusbeeld van brons. Op het granieten voetstuk staat de tekst als hiervoor beschreven.

Anthonius Johannes de Lange werd op 9 november 1920 in Amsterdam geboren. Hij was katholiek. De ouders van Anton waren in 1920 getrouwd. Echter al in 1924 overleed zijn moeder Wilhelmina (Mijntje) Gijsberta Timmer in het kraambed van haar vijfde kind. Vader Henricus (Hein) Johannes de Lange bleef achter met vier kinderen: Anton van vier, Alie van drie, Heinie van twee en het babytje Mijnie. Heinie overleed twee weken na zijn moeder. Anton en zijn zusje Alie werden door Alida Snel, hun grootmoeder van vaderszijde, in Ouderkerk opgevoed. Na het overlijden in 1899 van haar eerste man Anthonius de Lange, de opa van Anton de Lange, is Alida Snel hertrouwd met Johannes Geijsel, die in 1924 overleed. Anton en zijn zusje Alie verbleven tot mei 1943 in de boerderij aan de Holendrechterweg 52 en daarna in de woning aan de Rondehoep Oost 24 a. Zijn andere zusje Mijnie is in Diemen bij haar grootmoeder van moederskant groot gebracht. Na zijn schoolopleiding, werd Anton bakkersknecht bij bakker Westerbos in Nes aan de Amstel. Hij bezorgde brood aan huis bij veel Nessers en omwonenden. Anton verdiende f 25,- à f 30,- per week. Hij was kostwinner voor zijn ongehuwde zuster en gedeeltelijk kostwinner voor zijn grootmoeder. Anton wilde later bakker worden en een bakkerszaak beginnen met zijn verloofde Ans van der Vall. Hij werd door zijn jongste zus omschreven als een sympathieke muzikale man die nooit op de voorgrond trad en veel humor had. In de laatste maanden van de oorlog deed Anton meer aan illegaal werk (verspreiding illegale lectuur), zulks in verband met zijn toetreding tot de Binnenlandse Strijdkrachten van Ouderkerk in december 1944. Bij de BS moest hij rioolbuizen observeren, die in de Amsteldijken waren ingegraven. De Duitsers wilden die vullen met springstoffen, om deze dijken op verschillende plaatsen te kunnen vernielen. Anton was 24 jaar toen hij bij de Nesserlaan om het leven kwam.

Hein, de vader van Anton, had een melkzaak en heeft een tijdje in een slagerij gezeten, maar dat liep niet. In 1927 vertrok hij naar Nederlands-Indië om daar een nieuw bestaan op te bouwen en liet zijn kinderen achter. Hein was net vrijgekomen uit krijgsgevangenschap in een Jappen-kamp in Nederlands-Indië, toen hem het nieuws van Antons heldhaftige dood bereikte. Een bericht met de boot naar Nederlands-Indië duurde in die tijd acht weken. Hein had al een naar voorgevoel gehad dat er iets mis was met zijn kinderen of zijn moeder Alida Snel. Anton de Lange werd op 11 mei 1945 begraven op het R.K. Kerkhof te Ouderkerk aan de Amstel. De stoffelijke resten van Anton zijn op 9 december 1975 herbegraven op het Nederlands ereveld Loenen nabij Apeldoorn. De Duitse bezetter gaf zich over op 4 mei 1945. Dat betekende niet dat het overal meteen veilig was in Nederland. Uitgever Wilhelmus van het Amstelveensch Weekblad beschreef de situatie op 5 mei 1945 in het Oude Dorp van Amstelveen als volgt: “Vandaag Bevrijdingsdag, alom groote vreugde. Men is door het dolle heen. Jong en oud danst en springt van blijdschap. ’s Avonds 9 uur: een groep jongens en meisjes staat op het Kerkplein om een trompettist geschaard. Er worden Vaderlandsche liederen gezongen, ook: “It is a long way”. Een auto stopt, SS’ers stappen uit en lossen schoten. In grooten angst rent de groep alle kanten uit door belendende tuindeuren heen. En weldra bevinden zich 30 a 40 jonge menschen ook in ons huis en tuin. De SS’ers rijden nog wat rond, maar verdwijnen gelukkig. Tóch is de bevrijding er!”

Op 7 mei vonden in Amsterdam diverse schietincidenten plaats tussen Binnenlandse Strijdkrachten en vluchtende Duitsers, onder andere op de Dam, bij het Centraal Station en het Vondelpark waarbij diverse doden vielen. Pas op 9 mei werd de laatste Duitser in Amsterdam ontwapend en door de Canadezen in hechtenis genomen. De Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (NBS) werden officieel op 5 september 1944 samengesteld uit de bestaande verzetsgroepen in Nederland, met Prins Bernhard als bevelhebber. Omdat de afkorting NBS wel erg leek op NSB, werd ook wel de afkorting BS gebruikt. De afspraak was dat de Geallieerden in mei 1945 de Duitsers zouden ontwapenen, niet de BS. De Geallieerden verboden de BS om gewapend over straat te gaan, om chaos te voorkomen. De BS hielden zich niet aan dat verbod, zoals blijkt uit de incidenten in Amsterdam en bij de Nesserlaan in Amstelveen. De BS droegen een blauwe overall met een oranjekleurige armband en een helm op het hoofd. Tijdens de bezetting hield het verzet in Ouderkerk regelmatig schietoefeningen in het souterrain van de Urbanuskerk met wapens die door een dropping in de Ronde Hoeper-polder werden verkregen.10 In de meidagen van 1945 lag hun prioriteit bij het oppakken van de Duitsers en allen die met de vijand hadden geheuld.

Anton de Lange was lid van het Strijdend Gedeelte van de Binnenlandse Strijdkrachten in Ouderkerk. De BS in Ouderkerk telden zo’n 40 leden en werden aangevoerd door de heren Jan Hekman, hoofd van de lagere school, en Henk Schot11, onderofficier van de mariniers. Op de fatale 7de mei 1945 liet Anton voor de laatste maal Ouderkerk levend achter zich en bekocht het met de dood aan de Nesserlaan in de Bovenkerkerpolder in Nieuwer-Amstel. Vanaf eind oktober 1944 verschenen in Ouderkerk drie illegale nieuwsbulletins: Nederland Strijdt Door! (ook onder de naam: Nieuwsbulletin en B.B.C.), Ons Noodrantsoen, en Het Laatste Nieuws voor Strijdend Nederland. De laatste twee gingen al snel samen verder. Deze bulletins, maar ook het Amstelveens Weekblad, berichten in de jaren veertig over het schietincident van Anton de Lange. Deze verhalen waren opgeschreven door leden van de Binnenlandse Strijdkrachten te Ouderkerk. In het archief van de BS in Den Haag bevindt zich een brief over Anton de Lange geschreven door de commandant van de BS van Ouderkerk14. Kemp (1987) baseerde zijn artikel grotendeels op dat document. Ook geeft Kemp (1987) nieuwe informatie over de arrestatie van de SS’ers15. Visser (1989) gaf nog een aanvulling door een interview te publiceren met de inmiddels overleden mevrouw C.M. Snelderwaard-Schrama, die destijds op boerderij Schrama op de oostoever van de Amstel woonde, waar de rivier werd overgestoken door de BS en de SS. De Amstelveen Post van 17 augustus 1977 publiceerde interviews met de jongste zuster van Anton, mevrouw W. Dorrestein-de Lange, met een BS-kameraad de heer N. Verkaik en met mevrouw Jopie Tesselaar-Harte. De laatstgenoemde was aanwezig tijdens het schietincident op de Nesserlaan! Onlangs ontving ik van Andrea de Jong enkele passages uit het dagboek van haar opa Henk van der Vall, de vader van de verloofde van Anton. Een compilatie van al deze bronnen volgt hierna.

Achtervolging in de Ronde Hoep
Maandag 7 mei ʼs middags om kwart over drie, komt een ordonnance de commandopost16 van de Binnenlandse Strijdkrachten in Ouderkerk binnen met het bericht: “Zes gewapende Hollandse SS-mannen bij de Voetangel. Ze begeven zich in de richting Ouderkerk”. Om vier uur ’s middags zou de herdenking van de bevrijding voor het gemeentehuis in Ouderkerk plaatsvinden. Later blijkt uit het verhoor van een door de BS gevangen genomen SS-man, dat het in hun bedoeling lag de op dat ogenblik plaatsvindende festiviteiten in Ouderkerk met geweld te verstoren! Kapitein Schot geeft het bevel: “Direct wapens grijpen, helmen op en vertrekken”. Dan zijn er twee versies van het verhaal: (1) Drie motoren gaan de Ronde Hoep Oost in; en (2) De commandant van het Strijdend Gedeelte van de BS ging direct op verkenning uit, daarbij vergezeld van de manschappen Broerse, Kruijswijk en H. Copier, terwijl Bosdriesz, een motor-ordonnans, op zijn motorfiets volgde18. Het hoeft elkaar niet tegen te spreken.

Plotseling wordt er geschoten op motor-ordonnans Bosdriesz vanuit een weiland achter de boerderij van Jan Timmer19. Een kogel doorboort de koplamp van zijn motorfiets. Hier blijft het gelukkig bij. Commandant Schot gaat snel met zijn manschappen naar de boerderij en het erf op. Ja, daar staat er een, de loop van zijn geweer heeft hij naar de grond gericht. “Onmiddellijk laten vallen anders doorzeven we je”, roept kapitein Schot …. het geweer wordt op de grond gesmeten en de handen gaan omhoog. Eén van de onzen houdt hem onder bewaking. Het is SS-lid Malte Ehrbecker. Hij verklaart bij het daaropvolgende verhoor, dat er nog vier SS-lieden in de polder zijn. De andere BS’ers zetten de achtervolging in. De SS-mannen lossen een schot vanuit het weiland. Henk Copier laat zich onmiddellijk vallen, maar wordt getroffen in zijn hiel. De schurken weten te ontkomen en vluchten de Ronde Hoep in. Intussen was de motor-ordonnans om versterking terug naar de commandopost gezonden, waarna direct een stuk of acht gewapende manschappen van de BS naar de boerderij in de polder vertrokken. De mannen snellen de Julianalaan in en steken de Bullewijk over met een roeibootje. Dan gaan ze snel het land in. In de polder werd de achtervolging met kracht ter hand genomen en tevens geprobeerd om de SS-lieden te omsingelen. Ze springen over de smalle slootjes. Bij de bredere werpt Anton de Lange, fanatiek als hij is, zijn uitrusting af, springt zover hij kan, klautert tegen de kant op, gooit een plank of een landhek over de sloot en maakt het ons zodoende mogelijk om er slechts met een paar natte benen af te komen. Het enthousiasme onder ons allen is groot. “We zullen ze hebben, dood of levend”, de enige gedachte die ons bezielt. Warmte, de drukkende last van stens of geweren en de helmen, het deert niet.

In de polder worden alle slootkanten nagezocht, kris kras lopend over de weilanden. Er volgt nog een vuurgevecht. De vier SS-mannen, geroutineerd als zij zijn, ontkomen varende met een praam in de richting van de Amstel. Liggend in de schuit bewegen zij zich voort, al trekkend aan de graskant. De vier bereiken bij de boerderij van Arie Schrama21 de Amstel, grijpen daar een roeiboot en bereiken daarmee de overkant.
Drie van onze mannen zijn intussen de schurken op het spoor gekomen: Anton de Lange, Jan Leendertse22 en Anton Scholte. Zonder bedenken doen zij wat voor de hand ligt: erachter aan, alles doen wat mogelijk is om hen in handen te krijgen. Niets is daarvoor te veel, nergens wordt voor teruggeschrokken.

De Amstel over
Het was zes uur in de namiddag. Bij boerderij Schrama in de Ronde Hoep tegenover de Nesserlaan zaten twee dochters en een zoon in het land onder de koe. Er drong enig gerucht tot hen door. En daar zagen ze door de sloot een praam komen aanglijden. De SS’ers lagen op de bodem en trokken zich voort langs de kant. Aan de voet van de Amsteldijk sprongen ze uit de praam, liepen over het erf, maakten de roeiboot van Schrama los en roeiden de Amstel over. Vlak daarna kwam Anton de Lange alleen aangefietst en riep om een boot. Eén van de dochters Schrama rende naar een tweede boot die wat verder lag en zette hem over. “Toon was zenuwachtig, hij moest gewoon die Duitsers achterna. Hij wou zelf roeien, hij deed het jachtig”, aldus mevrouw C.M. Snelderwaard-Schrama. De twee andere BS’ers (Jan Leendertse en Anton Scholte) kwamen nog wat later aan; nog meer bootjes stoven over de rivier.

De Nesserlaan in
Fietsen worden in beslag genomen van voorbijgangers en de drie BS mannen fietsen de Nesserlaan in, 800 meter verder gaan de SS’ers op gestolen fietsen. Anton kende de weg als geen ander, elke dag had hij er met zijn bakkerskar fluitend en zingend overheen gereden. De afstand tussen de BS’ers en de SS’ers wordt steeds kleiner en de BS’ers schieten met hun stenguns op de SS’ers. De vijand wordt tot op ongeveer 150 meter genaderd. De SS’ers laten zich in de berm in het lange gras vallen, niet ver van de Bovenkerkerweg, achter het oude huisje van Mien Driehuis op het erf van Schrama. Ook de BS’ers zoeken dekking in de smalle berm. Eén van de SS-mannen lost een schot in kniestand. Leendertse begint met zijn sten. Anton de Lange heeft 1 of 2 schoten gelost. Bij het overhalen van de grendel richt hij zich op en wordt in het voorhoofd getroffen. Hij was zijn helm onderweg verloren en is op slag dood. Leendertse vuurt nog door. De vier SS’ers weten te ontkomen. Later zijn ze in Aalsmeer gegrepen.

Mevrouw J. Tesselaar-Harte vertelt in de Amstelveen Post van 17 augustus 1977 haar versie van het verhaal in de Nesserlaan. Jopie Harte was destijds 24 jaar en is zes weken lang door de shock van het gebeurde haar stem kwijt geweest. Ze reed op de Nesserlaan op haar fiets met luchtbanden, die ze weer tevoorschijn had gehaald. Ze was in Bovenkerk naar de kapper geweest en haar haar was nog nat en zat vol met krulspelden omdat de elektriciteit nog niet was aangesloten. Ze reed halverwege de Nesserlaan toen drie mannen25 haar tegemoet kwamen. Ze dacht dat ze dronken waren, want ze liepen zo vreemd. Toen Jopie dichterbij kwam zag ze dat het Duitse soldaten waren. Ze liepen met geweren te zwaaien. Jopie schrok erg en de mannen dwongen haar af te stappen. Terwijl ze hun geweren op haar richten riepen ze: “Fahrrad, Fahrrad!”. Jopie kon nog net haar tas van de bagagedrager pakken en kreeg daarvoor een klap met een geweer op haar hand. De fiets namen ze mee. Inmiddels kwamen ook drie mannen in blauwe overalls aangestormd. Eén van hen herkende zij als Anton de Lange. Jopie riep: “God, Antoon ze hebben mijn fiets”. “Bukken”, riep hij. En met hun vieren doken ze de graskant in. Plat tegen de grond gedrukt hoorde ze de kogels over haar heen fluiten. Toen Anton zich even oprichtte werd hij in zijn hoofd geraakt.

De vader van de verloofde van Anton, Henk van der Vall eigenaar van een manufacturenzaak in Ouderkerk, schrijft over de Nesserlaan het navolgende in zijn dagboek: “Daar zagen de jongens in de verte die schurken lopen. Die SS’ers, goed gewapend, hadden een voorsprong van ongeveer 1 km. Ton vorderde een fiets van een meisje, die juist passeerde, nam J. Leendertse achterop en zo hen achterna. Sterk als een leeuw en moedig als vurig strijder, liep hen tot ongeveer 600m in. Plots gaven die SS’ers het op en lieten zich in de berm vallen. Ton ook, want ze waren sterk bewapend. Daar zo liggend hebben beide partijen elkaar beschoten, echter zonder resultaat. Na ongeveer 10 minuten stil afwachtend welke partij het eerst zou aanvallen of vluchten, losten de SS’ers vier schoten, waarop Ton even zijn hoofd oplichtte om de toestand te verkennen. Leendertse, die vlak naast hem lag, bemerkte zelf niets bijzonders, maar toen hij op een vraag aan Ton geen antwoord kreeg en toen hij zag dat er bloed uit Ton zijn voorhoofd vloeide en in zijn gezicht liep, was hij (Leendertse en Toon Scholte) zó ontdaan, dat ze eerst hun geweren op die moffen leeg schoten en zich direct daarna met Ton gingen bemoeien. Al onmiddellijk zagen ze dat Ton dood was. Die moffen zijn kennelijk door de slootkant gevlucht en naar we hoorden op Aalsmeer aangetrokken. Ten bewijze dat onze jongens die moffen goed onder vuur hebben gehad, diene, dat de kogels in de ruiten van de boerderij van Jan van Wees ingeslagen waren.”

De SS’ers
De gevangen genomen SS’er Malte Ehrbecker uit Rotterdam, die enige dagen in Ouderkerk in hechtenis heeft gezeten, verklaarde dat zij geprobeerd hadden om burgerkleding te krijgen om er zo tussenuit te knijpen. Verder hadden zij afgesproken dat zij zich nooit zouden overgeven. Ehrbecker moest op verkenning uitgaan, omdat zij van burgers hadden gehoord dat er op de brug, die ze passeren moesten, partisanen aanwezig waren. Zij zouden, met hun wapens, de feestvreugde en het enthousiasme van de bevolking wel even de kop indrukken! De heer H. van der Vall van de Binnenlandse Strijdkrachten van Ouderkerk kreeg van Ehrbecker nog de namen van de andere SS’ers: (1) Rottenführer27 Hünning ongeveer 34 jaar oud; (2) Joost van Buren uit Rotterdam, 20 jaar oud en drager van het Infanterie-Sturmabzeichen; (3) J.W. Otten een apotheker uit Dordrecht; en ene (4) Sandermann uit Overijssel, 20 jaar oud. Ook had Ehrbecker een dagboek van Otten bij zich. Hieruit bleek dat Otten diverse contacten had gehad met Duitsers en Hollandse landverraders en een vurig strijder was voor de Führer en de Heimat.

Op 1 mei 1945 schrijft hij in zijn dagboek dat hij die dag had gehoord dat de Führer is gevallen. Hij kan het niet begrijpen. Hij is verward. Hij heeft deze tekst omgeven met adelaars en hakenkruizen. Op 2 mei schrijft hij de laatste zin in het dagboek: “We zien de toekomst donker in”. De SS’ers hadden onder andere Duitse uniformen met doodskopjes en gestolen antiek uit Arnhem bij zich. De overgebleven vier SS’ers werden in Aalsmeer gevangen genomen en ontwapend. Gedurende die tijd was er een afdeling van de 20e Fallschirmjäger-pioniere, op doortocht als krijgsgevangenen naar Scheveningen, in Aalsmeer om te rusten. De vier werden bij die troep ondergebracht om ook naar Scheveningen afgevoerd te worden. De commandant van die groep, luitenant Flohe werd verantwoordelijk gesteld voor de gevangengenomen SS’ers. Op 10 mei 1945 vertrokken zij vanuit Aalsmeer naar Scheveningen.

Zwarte dag
Het dode lichaam van Anton de Lange werd tegen de avond van de 7de mei op de laadbak van een vrachtauto (A-Ford) van de firma Schreurs het dorp van Ouderkerk binnengereden. Zeven mei 1945 was een zwarte dag voor Ouderkerk. De verslagenheid in dit dorp en langs de Amstel was groot. Bevrijdingsfestiviteiten werden afgelast, overal in Ouderkerk hingen de vlaggen halfstok. Op de 8ste mei nam Henk van der Vall, de broer van de verloofde van Anton, de plaats over van Anton bij de BS. Henk moest die dag wachtlopen in het Sectorpark in Ouderkerk bij 15 opgepakte moffen. Daarna nam hij deel aan het oppakken van gewapende SS’ers op de Amsteldijk. 'Avonds werd er voor Anton in de Urbanuskerk in Ouderkerk gebeden. Er waren ontzettend veel mensen in de kerk. Op de 9de mei doet Joannes Antonius Geijsel, een oom van Anton, oud 40jr, aangifte van het overlijden van Anton de Lange, voor de Burgerlijke Stand van Nieuwer-Amstel. Hij verklaart dat Anton op 7 mei om 18.45 uur is overleden.
De belangstelling tijdens de begrafenis op de 11de mei was overweldigend. De kerk zat stampvol. “In de hemel zal hij verder voor ons strijden met wapens sterker dan die wij hier op aarde dragen, namelijk het gebed”, zei de districtscommandant van de BS op de begrafenis.

Monument en herdenkingen op de Nesserlaan
Op 6 oktober 1945 vond een plechtige herdenking plaats bij het net opgerichte monument voor Anton aan de Nesserlaan. Het geld voor het monument was ingezameld in dorpen Nes en Ouderkerk en in de omliggende polders, vooral onder de klanten van bakker Westerbos uit de Nes, voor wie Anton destijds werkte. Bakker Westerbos, de baas van Anton, organiseerde deze inzameling. Hij droeg het geld over aan de Amstelveense buurtvereniging Vinkenbuurt en die zorgde ervoor dat het monument werd geplaatst. De heer Hekman, destijds commandant van de BS te Ouderkerk, nam het woord en droeg het monument over aan de familie om het als eigendom te willen aanvaarden. Hierna legde de familie bloemen en werden kransen gelegd door de BS uit Ouderkerk en de Oranjevereniging uit Nes aan de Amstel. Het parochiale zangkoor van de Nes zong enkele liederen. De heer van Groeningen, het hoofd van de R.K. school van Nes aan de Amstel sloot zijn rede af met de woorden: “Gij die dit monument zult voorbijgaan en gelooft in de wederopstanding, stort een gebed uit voor zijn zielerust. Hij ruste in vrede!” De kameraad van Anton, de heer Leendertse gaf nog een verslag van het schietincident en Ans van der Vall, de verloofde van Anton, sprak een gebed uit voor Anton’s zielerust.

De bij de bevrijding opgerichte buurtvereniging Vinkenbuurt aan de Bovenkerkerweg zorgde tot 1955 voor het onderhoud van het monument. In 1955 werd de vereniging opgeheven en nam de vroegere voorzitter de heer G.P. Zaal het onderhoud over tot in 1961 het kruis door vandalisme stuk in de sloot werd gevonden en de gemeente het onderhoud overnam. Rondom het nieuwe monument werd toen een perkje aangelegd. In 2007 werd het kruis op het monument nogmaals door vandalisme vernield. Daarna is het grondig gerestaureerd. Door de jaren heen hebben er herdenkingen plaatsgevonden bij het monument. Vanaf 1 mei 1986 heeft de basisschool De Zwaluw uit Nes aan de Amstel het monument aan de Nesserlaan geadopteerd. Het adopteren van een oorlogsgedenkteken door een school was destijds een initiatief van de Stichting Februari 1941. Het doel van het adopteren was de leerlingen vertrouwd te maken met het verhaal achter het monument, hen te leren begrijpen waarom het slachtoffer bereid is geweest zijn of haar leven in de waagschaal te stellen voor onze vrijheid, maar ook om inzicht te geven in de wezenlijke waarden van het begrip vrijheid, en ze inzicht te geven in de historische en hedendaagse ontwikkelingen die een bedreiging vormen voor de fundamentele waarden van ons democratisch systeem.30 De herdenking vindt jaarlijks plaats door het voorlezen van zelfgemaakte gedichten door kinderen van groep 8 van basisschool De Zwaluw uit Nes aan de Amstel. Deze gedichten worden vervolgens gehecht aan witte rozen in de heg bij het monument gestoken. Ook aanwezig zijn onder andere de burgemeester van Amstelveen en enkele leden van Amstelveen Oranje.

Monument in Ouderkerk
Op de hoek Raadhuislaan/Dorpsstraat in Ouderkerk aan de Amstel staat een oorlogsmonument waarop ook de naam van Anton de Lange staat vermeld. Het monument werd op 4 mei 1951 onthuld voor het toenmalige gemeentehuis. In 1980 werd het verplaatst naar de huidige locatie.

Ter nagedachtenis
Naast de twee monumenten in Amstelveen en Ouderkerk zijn er nog andere vormen ter nagedachtenis aan Anton de Lange. De verloofde van Anton en zijn vader hebben Anton voorgedragen voor opname op de erelijst van gevallenen 1940-45 (zie www.erelijst.nl), waar hij op pagina 985 is te vinden. Op 4 oktober 2011 is een straat vernoemd naar Anton de Lange in de wijk Kostverloren in Amstelveen (Anton de Langelaan).

Ik wil hier afsluiten met enkele woorden uit het dagboek van de vader van Anton’s verloofde, dhr. Henk van der Vall: “Opdat deze allerdroefste geschiedenis als een met ere aan Ton blijvende gedachte met gebed voor zijn zielerust bewaard moge blijven.”
Heeft u aanvullingen stuur dan een e-mail naar wgroeneweg@ziggo.nl

Zie ook de rubriek Herdenkingen.

Klik hier voor andere foto's in de categorie Monumenten