Stolpboerderij
Ringdijk-Bovenkerkerpolder 23 - 2020
Foto's -> Gebouwen -> Boerderijen(Bron Gemeentearchief Amstelveen - 2014)
Een stolpboerderij aan de Ringdijk Bovenkerkerpolder 23 in Amstelveen in 1980
Een stolpboerderij aan de Ringdijk Bovenkerkerpolder 23 in Amstelveen in 1980
Bron: Provincie NH/Wikipedia - 29-07-2020
In het Noord-Hollandse landschap is de stolpboerderij een opvallende verschijning met haar vierkante vorm en piramidevormig dak. De streekgebonden erfinrichting van de stolp en de kenmerkende gevelindeling zijn bepalend voor de identiteit van de Noord-Hollandse dorpen, steden en het cultuurlandschap. Reeksen stolpboerderijen vormen monumentale silhouetten en ruimtelijke structuren in het landschap. Er zijn nog zo’n 5000 stolpen in Noord-Holland. Deze unieke boerderijen zijn het beschermen waard. Een stolpboerderij is een boerderijtype, dat vooral in Noord-Holland voorkomt. Het is een vierkante boerderij met een piramidevormig dak. Onder dit dak was plaats voor de boerenfamilie, het vee, het hooi, de wagens en andere werktuigen. Dit boerderijtype valt in de hoofdgroep Noordelijke huisgroep, net als de Friese verwant, de stelpboerderij. Het woord stolp verwijst naar een plaats voor het verzamelen (stapelen) van hooi. Eeuwenlang leefden mens en dier in stolpboerderijen onder één dak, zij het in aparte kamers.
De stolpboerderij omstreeks 1550 ontstaan in Noord-Holland uit de behoefte grotere hoeveelheden graan en hooi inpandig op te slaan. De hoge schuur kwam daarbij in de plaats van de traditionele hooiberg. De middeleeuwse boerderijen waren varianten van het Friese langhuis of het hallenhuis. Ze worden afgebeeld op kaarten en tekeningen, onder andere door Rembrandt. Bij het oudste type ging het vermoedelijk om al langer bestaande langhuizen met een woongedeelte en een koeienstal, waarbij de schuur werd aangebouwd, soms met inpassing van de bestaande bedrijfsgedeelten. In de loop van de 16de eeuw kreeg de woning een plek in de schuur. In 1552 is in Westzaan voor het eerst sprake van een hoyhuis met voorin een woongedeelte. De oudste nog bestaande stolpboerderij is Het Kooghuis in Uitgeest. Het oudste vierkant is dendrochronologisch gedateerd op 1559. Het woord stolp wordt voor het eerst gebruikt in 1599 in het bestek voor de bouw van een eenvoudige schuur bij het nieuwe Gemeentelandshuis in de Zijpe- en Hazepolder. Het woord is vermoedelijk afgeleid van het Middelnederlands stulpe ‘stulp, deksel’ en verwijst naar de dakvorm, die op een omgekeerde kom of een klok lijkt. Vanaf het midden van de 17de eeuw werd het woord stulp ook gebruikt voor een 'kleine, armelijke of nederige woning'.
De stolpboerderij heeft een rechthoekige plattegrond, alleen de vier-stand stolpboerderij heeft een vierkante plattegrond. Dit zijn post- en balkenconstructies, waarbij het huis voornamelijk wordt ondersteund door vier, zes of acht, afhankelijk van de grootte, en in zeldzame gevallen, die niet meer bewaard bleven, tien palen, verbonden door langs- en dwarsbalken (gordingen). Deze bouwmethode helpt onder andere om het huis bestand te maken tegen natuurkrachten, met name stormen en de daaruit voortvloeiende stormvloeden. Zelfs als een stormvloed de muren naar beneden zou duwen, zullen de palen het dak nog steeds op zijn plaats houden. De basisstructuur van het huis bleef onbeschadigd. Deze bouwmethode maakte het ook gemakkelijker om het metselwerk te vernieuwen, dat na ongeveer 100 jaar begon uit te strooien en daarom moest worden vervangen.
Stolpen beleven?
Dat kan met de fietsroute ‘Het oude land’ in Hoorn. Deze route van 40 kilometer voert je langs stolpboerderijen van Hoorn en omstreken. Een groot aantal stolpen langs deze route dateert uit de 17de en de 18de eeuw maar de 19de eeuw is ook als bloeiperiode goed zichtbaar. Toen zijn veel oude stolpen verbouwd. Er verschenen dakspiegels en rijk versierde dakkapellen. Met verhalen over de Noord-Hollandse stolpen op verhalenplatform Oneindig Noord-Holland gaat de wereld van de stolp en haar bewoners nog meer leven.
Behoud van het stolpenlandschap
De provincie Noord-Holland vindt het belangrijk de karakteristieke stolpboerderijen, stolpenerven en stolpenlandschappen te behouden en duurzaam te benutten. Van de 5000 stolpboerderijen is 10% beschermd met een monumentale status. Het aantal overige onbeschermde stolpen neemt geleidelijk af waardoor het risico bestaat dat het landschap haar identiteit verliest. De stolpen die met elkaar structuren vormen in relatie met het omliggende landschap zijn opgenomen in de Leidraad Landschap en Cultuurhistorie. Deze leidraad is een provinciale handreiking die gemeenten kunnen benutten bij het inpassen van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in het landschap, zoals bebouwing, infrastructuur of vormen van energieopwekking. In de komende twee jaar wil de provincie samen met gemeenten, erfgoedverenigingen en eigenaren van stolpen de cultuurhistorische waarde van de stolpen benoemen en vastleggen in de Noord-Hollandse waarderingskaart voor stolpboerderijen. De provincie wil zo een brede maatschappelijke bewustwording creëren en met alle partners gezamenlijk bepalen welke maatregelen voor behoud en duurzame benutting van stolpen nodig zijn.
Lees meer over: Erfgoed van de maand - Stolpboerderijen: piramides in de polder
In het Noord-Hollandse landschap is de stolpboerderij een opvallende verschijning met haar vierkante vorm en piramidevormig dak. De streekgebonden erfinrichting van de stolp en de kenmerkende gevelindeling zijn bepalend voor de identiteit van de Noord-Hollandse dorpen, steden en het cultuurlandschap. Reeksen stolpboerderijen vormen monumentale silhouetten en ruimtelijke structuren in het landschap. Er zijn nog zo’n 5000 stolpen in Noord-Holland. Deze unieke boerderijen zijn het beschermen waard. Een stolpboerderij is een boerderijtype, dat vooral in Noord-Holland voorkomt. Het is een vierkante boerderij met een piramidevormig dak. Onder dit dak was plaats voor de boerenfamilie, het vee, het hooi, de wagens en andere werktuigen. Dit boerderijtype valt in de hoofdgroep Noordelijke huisgroep, net als de Friese verwant, de stelpboerderij. Het woord stolp verwijst naar een plaats voor het verzamelen (stapelen) van hooi. Eeuwenlang leefden mens en dier in stolpboerderijen onder één dak, zij het in aparte kamers.
De stolpboerderij omstreeks 1550 ontstaan in Noord-Holland uit de behoefte grotere hoeveelheden graan en hooi inpandig op te slaan. De hoge schuur kwam daarbij in de plaats van de traditionele hooiberg. De middeleeuwse boerderijen waren varianten van het Friese langhuis of het hallenhuis. Ze worden afgebeeld op kaarten en tekeningen, onder andere door Rembrandt. Bij het oudste type ging het vermoedelijk om al langer bestaande langhuizen met een woongedeelte en een koeienstal, waarbij de schuur werd aangebouwd, soms met inpassing van de bestaande bedrijfsgedeelten. In de loop van de 16de eeuw kreeg de woning een plek in de schuur. In 1552 is in Westzaan voor het eerst sprake van een hoyhuis met voorin een woongedeelte. De oudste nog bestaande stolpboerderij is Het Kooghuis in Uitgeest. Het oudste vierkant is dendrochronologisch gedateerd op 1559. Het woord stolp wordt voor het eerst gebruikt in 1599 in het bestek voor de bouw van een eenvoudige schuur bij het nieuwe Gemeentelandshuis in de Zijpe- en Hazepolder. Het woord is vermoedelijk afgeleid van het Middelnederlands stulpe ‘stulp, deksel’ en verwijst naar de dakvorm, die op een omgekeerde kom of een klok lijkt. Vanaf het midden van de 17de eeuw werd het woord stulp ook gebruikt voor een 'kleine, armelijke of nederige woning'.
De stolpboerderij heeft een rechthoekige plattegrond, alleen de vier-stand stolpboerderij heeft een vierkante plattegrond. Dit zijn post- en balkenconstructies, waarbij het huis voornamelijk wordt ondersteund door vier, zes of acht, afhankelijk van de grootte, en in zeldzame gevallen, die niet meer bewaard bleven, tien palen, verbonden door langs- en dwarsbalken (gordingen). Deze bouwmethode helpt onder andere om het huis bestand te maken tegen natuurkrachten, met name stormen en de daaruit voortvloeiende stormvloeden. Zelfs als een stormvloed de muren naar beneden zou duwen, zullen de palen het dak nog steeds op zijn plaats houden. De basisstructuur van het huis bleef onbeschadigd. Deze bouwmethode maakte het ook gemakkelijker om het metselwerk te vernieuwen, dat na ongeveer 100 jaar begon uit te strooien en daarom moest worden vervangen.
Stolpen beleven?
Dat kan met de fietsroute ‘Het oude land’ in Hoorn. Deze route van 40 kilometer voert je langs stolpboerderijen van Hoorn en omstreken. Een groot aantal stolpen langs deze route dateert uit de 17de en de 18de eeuw maar de 19de eeuw is ook als bloeiperiode goed zichtbaar. Toen zijn veel oude stolpen verbouwd. Er verschenen dakspiegels en rijk versierde dakkapellen. Met verhalen over de Noord-Hollandse stolpen op verhalenplatform Oneindig Noord-Holland gaat de wereld van de stolp en haar bewoners nog meer leven.
Behoud van het stolpenlandschap
De provincie Noord-Holland vindt het belangrijk de karakteristieke stolpboerderijen, stolpenerven en stolpenlandschappen te behouden en duurzaam te benutten. Van de 5000 stolpboerderijen is 10% beschermd met een monumentale status. Het aantal overige onbeschermde stolpen neemt geleidelijk af waardoor het risico bestaat dat het landschap haar identiteit verliest. De stolpen die met elkaar structuren vormen in relatie met het omliggende landschap zijn opgenomen in de Leidraad Landschap en Cultuurhistorie. Deze leidraad is een provinciale handreiking die gemeenten kunnen benutten bij het inpassen van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in het landschap, zoals bebouwing, infrastructuur of vormen van energieopwekking. In de komende twee jaar wil de provincie samen met gemeenten, erfgoedverenigingen en eigenaren van stolpen de cultuurhistorische waarde van de stolpen benoemen en vastleggen in de Noord-Hollandse waarderingskaart voor stolpboerderijen. De provincie wil zo een brede maatschappelijke bewustwording creëren en met alle partners gezamenlijk bepalen welke maatregelen voor behoud en duurzame benutting van stolpen nodig zijn.
Lees meer over: Erfgoed van de maand - Stolpboerderijen: piramides in de polder