Bijgewerkt: 9 november 2024

Spanning op de Nederlandse arbeidsmarkt

Nieuws -> Informatief

Bron: CBS
16-05-2023

In het eerste kwartaal van 2023 is de werkloosheid licht afgenomen en het aantal banen opnieuw toegenomen. Er waren 2.000 werklozen minder dan een kwartaal eerder en er kwamen 63.000 banen bij. Het aantal openstaande vacatures bleef gelijk. Daarmee blijft de spanning op de arbeidsmarkt hoog. Tegenover elke 100 werklozen stonden in het eerste kwartaal 122 vacatures – meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Stabilisatie aantal vacatures. Eind maart 2023 stonden er 437.000 vacatures open, net zoveel als aan het einde van het vierde kwartaal. Deze stabilisatie volgt op twee kwartalen van daling. Net als in voorgaande kwartalen stonden de meeste vacatures open in de handel (85.000), de zakelijke dienstverlening (71.000) en de zorg (67.000). Gezamenlijk zijn deze drie bedrijfstakken goed voor de helft van alle openstaande vacatures.

Toename vacatures in de zorg. In veel bedrijfstakken bleef het aantal vacatures ongeveer gelijk. In de zorg kwamen er 3.000 bij en waren er aan het einde van het kwartaal 67.000. In de cultuur, recreatie en overige dienstverlening nam het aantal toe met 1.000 naar 14.000. In de handel (85.000) en in de financiële dienstverlening (11.000) waren er in het eerste kwartaal 1.000 vacatures minder.

Meer nieuwe vacatures. Na vier kwartalen van krimp, ontstonden er in het eerste kwartaal weer meer nieuwe vacatures. In het eerste kwartaal waren het er 381.000, 11.000 meer dan in het vierde kwartaal. Er werden ook 381.000 vacatures vervuld (inclusief vervallen vacatures), in het vierde kwartaal waren dat er nog 378.000. De vacaturegraad, het aantal openstaande vacatures per.000 banen van werknemers, steeg in het eerste kwartaal van 47 naar 49. Het hoogst is de vacaturegraad in de horeca (77) en in de bouw (72). Het laagst is de vacaturegraad in het onderwijs, namelijk 21 vacatures per.000 banen.

Foto Amstelveen
(Bron CBS - 2023)

Ontwikkeling banen, seizoengecorrigeerd, 1ste kwartaal van 2023 in Nederland

Aantal banen verder gestegen. Het totaal aantal banen van werknemers en zelfstandigen nam in het eerste kwartaal nog steeds toe. Met een groei van 63.000 komt het totaal aantal op 11 606.000 (+0,5 %). In deze cijfers zijn alle banen meegeteld, voltijd en deeltijd. Vanaf het derde kwartaal van 2020 zijn er ruim een miljoen (1 013.000) banen bij gekomen. Het aantal werknemersbanen steeg met 51.000, een toename van 0,6 %. Het totaal aantal werknemersbanen kwam daarmee uit op 9 011.000. Het aantal banen van zelfstandigen nam toe met 11.000 (0,4 %) naar 2 595.000. Ruim 1 op de 5 banen is een zelfstandigenbaan.

Minder banen bij uitzendbureaus. Bij de uitzendbureaus waren in het eerste kwartaal 7.000 banen minder dan in het voorgaande kwartaal, een daling van 0,9 %. In het vierde kwartaal van 2022 daalde het aantal banen in de uitzendbranche met 4.000 (-0,5 %). In de zakelijke dienstverlening exclusief de uitzendbureaus kwamen er 18.000 banen bij, een stijging van 1,1 %. Andere bedrijfstakken met een grote banengroei waren handel, vervoer en horeca (11.000), zorg (8.000) en cultuur, recreatie en overige diensten (7.000). Alleen bij de uitzendbureaus daalde het aantal banen.

Minder uren gewerkt. Werknemers en zelfstandigen werkten in het eerste kwartaal van 2023 in totaal ruim 3,6 miljard uur. Dat is, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden, 0,4 % minder dan een kwartaal eerder. In het eerste kwartaal van 2023 waren er 2,8 miljoen werknemers met een flexibele arbeidsrelatie. Dat zijn er 64.000 meer dan een kwartaal eerder. Daarmee is het aantal flexwerknemers terug op het niveau van het tweede kwartaal van 2022, voordat een flinke daling inzette. Toch zijn er niet zoveel werknemers met een flexcontract als voor de coronacrisis. Het aantal werknemers met een vaste arbeidsrelatie is in het eerste kwartaal van 2023 een fractie afgenomen, en bedroeg 5,4 miljoen. Het aantal zelfstandigen kromp met 17.000, en kwam uit op 1,6 miljoen. Deze afname betrof vooral zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers).

Werkloosheid licht gedaald. De werkloosheid nam in het eerste kwartaal van 2023 licht af met 2.000 en kwam uit op 357.000. Dat is net als vorig kwartaal 3,6 % van de beroepsbevolking. Het gaat bij werklozen om mensen die geen betaald werk hebben, maar daar wel recent naar hebben gezocht en op korte termijn beschikbaar zijn. Hoewel het werkloosheidspercentage gelijk bleef, zijn er verschillen tussen leeftijdsgroepen. Bij jongeren nam de werkloosheid toe tot 7,9 %. Ook bij 25- tot 45-jarigen steeg het percentage, en wel tot 3,0 %. Onder 45- tot 75-jarigen daalde de werkloosheid in het eerste kwartaal van 2023, van 2,5 naar 2,3 %. De lichte daling van de werkloosheid in het eerste kwartaal van 2023 is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het onderstaande schema laat die stromen zien.

Onbenut arbeidspotentieel iets toegenomen. De werkloosheidscijfers omvatten niet alle mensen zonder werk die recent naar werk hebben gezocht of die direct zouden kunnen beginnen. Bovendien blijven deeltijdwerkers die meer uren willen werken buiten beschouwing. Het CBS brengt de omvang en samenstelling van deze deelgroepen van het zogenoemde onbenut arbeidspotentieel in kaart. In het eerste kwartaal van 2023 bestond het onbenut arbeidspotentieel uit 1,2 miljoen mensen, 10.000 meer dan een kwartaal eerder.



Amstelveenweb.com is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de nieuwsberichten.